Iedereen is ergens begonnen, ook Bill Gates.
Uit het allereerste visitekaartje van Gates en zijn compagnon bij Microsoft Paul Allen blijkt dat het duo begon als respectievelijk president en vicepresident.
De visitekaartjes uit 1975 zijn te zien in het bezoekerscentrum van Microsoft, de enige plek in het hoofdkwartier in Redmond die open is voor publiek.
Ze zijn gedrukt toen Microsoft net was opgericht. Gates en Allen werkten toen aan een versie van de programmeertaal BASIC voor de Altair 8800, een van de eerste microcomputers.
Allen kwam op de proppen met de naam “Micro-Soft”, omdat ze software schreven voor de microcomputer. Het koppelteken verdween al snel en de naam Microsoft bleef over.
Op het visitekaartje staat ook een adres in Albuquerque, de grootste stad in de Amerikaanse staat New Mexico. Daar is Microsoft oorspronkelijk opgericht. MITS, het bedrijf dat de Altair maakte, was daar gehuisvest en de jonge IT-ondernemers wilden in de buurt blijven.
Gates besloot om te stoppen met zijn studie aan Harvard en naar New Mexico te verhuizen om Microsoft te leiden. Die beslissing was voor sommigen onbegrijpelijk. "Echt een briljante student. Wat zonde", dacht een van zijn professoren destijds.
Gates stond in die tijd bekend als snelheidsduivel. Hij scheurde op hoge snelheid door de woestijn van New Mexico om zijn hoofd leeg te maken. Een keer werd hij gearresteerd wegens een verkeersovertreding, en dat leidde tot deze beroemde foto bij de politie.
In die tijd had Microsoft nog weinig omzet. Gates jakkerde over de zandvlaktes in geleende auto's en reed zelfs een keer een Porsche van een vriend total loss.
In 1979 verhuisde Microsoft van Albuquerque naar Bellevue in de staat Washington. Gates en Allen zijn beide opgegroeid in de regio rond de stad Seattle.
Datzelfde jaar kocht Gates zijn eerste auto: een Porsche 911. Het verhaal wil dat hij drie boetes kreeg wegens te hard rijden toen hij de bolide naar Washington reed - twee keer van dezelfde agent.
Microsoft verplaatste zijn hoofdkantoor nog een keer in 1985, naar Redmond. En dat is nog steeds het huishonk van de softwarereus. De rest is geschiedenis.